Op 4 maart 1943, om 10:20, dropte een Amerikaans vliegtuig dat was aangeschoten door Duitse jagers zijn bommen boven de vestingstad in een poging terug te keren naar Engeland.
Hierbij werden onder andere twee scholen getroffen. Bij het bombardement werden 21 kinderen en 1 volwassene gedood en raakten er vele gewond.
Het monument staat op de plaats waar de meeste slachtoffers vielen.
De tekst op het monument luid: TER HERINNERING AAN ONZE ADMINISTRATIE EN LEERLINGEN DIE IN 1943 DOOR DE OORLOG OM HET LEVEN KWAMEN.
Het 'Joods monument' in Brielle is opgericht ter nagedachtenis aan alle joodse medeburgers die tijdens de Tweede Wereldoorlog door de bezetter zijn omgebracht en bestaat uit een tak met vruchten een davidster.
Het monument bevindt zich in het gemeentehuis, gevestigd aan het Slagveld te Brielle.
Het is ontworpen door Teus van den Berg-Been en onthuld in 1971.
Fate of the crew of HMS Cayton Wyke
Introduction
The Roman Catholic churchyard at the Kloosterweg in Brielle provides a place for a war grave of the Commonwealth. It concerns the grave of Seaman John Thomas Cook DSM of the Royal Naval Reserve (Patrol Service). As a result of the somewhat unclear data of the Commonwealth War Graves Commission, the grave is a bit difficult to locate. Also the widow and children of Seaman Cook for a long time were not aware where their husband and father had been buried. Their husband and father perished when his ship, HMS Cayton Wyke, had been sunk off the coast of Kent.
ASW Trawler
HMS Cayton Wyke was launched on June 20th 1932 after the ship had been built by Cochrane & Sons Shipbuilders in Selsby, England. It had originally been built as a fishing trawler. Many trawlers were requisitioned by the Royal Navy during both the First and the Second World War, reconfigured into warships and used as minesweepers. The crews of these ships often were derived from the volunteer reserve of the Royal Navy and were familiar with this type of boats. Cayton Wyke also became requisitioned in August 1939 by the admiralty and deployed as an ASW ship (Anti Submarine Warfare). Therefore it was amongst others equipped with depth charges.
Matroos Manuel Avelino in dienst bij de Koninklijke Marine
Foto: STIWOT
De Portugees-Nederlandse matroos Manuel Avelino wordt postuum geëerd voor zijn heldendaad tijdens de Tweede Wereldoorlog. Als bemanningslid van Hr. Ms. Colombia wist hij op 27 februari 1943 door zijn dappere handelen het aantal slachtoffers onder de bemanning te beperken, nadat het Nederlandse oorlogsschip getorpedeerd was door een Duitse U-boot. Zijn heldendaad is voor de gemeente Brielle aanleiding deze in 1980 overleden inwoner van Brielle, mede op verzoek van zijn nabestaanden, op een gepaste wijze te herdenken, namelijk door het aanbrengen van een plaquette op een van de rotondes aan de P. v.d. Wallendam.
De Hr. Ms. Colombia voer voor de oorlog voor de Koninklijke Nederlandsche Stoomboot Maatschappij (KNSM), onder andere als passagiersschip tussen West-Europa en het Caribische zeegebied en voor cruises naar Noorwegen en IJsland. Het motorpassagiersschip werd op 8 november 1940 door de Koninklijke Marine gevorderd en vervolgens in 1941 in Schotland omgebouwd tot onderzeebootmoederschip. Tijdens de Tweede Wereldoorlog bood het schip vanuit Schotland, India, Colombia en Zuid-Afrika steun aan onder andere Nederlandse en Britse onderzeeboten. Terwijl het schip onderweg was voor onderhoud in Simonstown bij Kaapstad werd het op 27 februari 1943 tot zinken gebracht door de Duitse onderzeeboot U-516, waarbij acht opvarenden omkwamen.
Eén van de overlevende bemanningsleden van Hr. Ms. Colombia was de 45-jarige matroos der 2e klasse Manuel Ernesto Avelino. Hij werd in 1898 geboren op het Kaapverdische eiland Fogo. De Kaapverdische Eilanden behoorden bij Portugal en dus had hij de Portugese nationaliteit. Omdat het op school niet wilde vlotten, ging hij varen. Zo belandde hij in 1920 in Nederland. Via een collega leerde hij de Brielse Willempje Heijndijk kennen en hij trouwde met haar in 1929. Sindsdien beschouwde de Portugese zeeman Brielle als zijn thuis. Manuel en Willempje kregen drie kinderen.
Vol goede moed gingen 7 soldaten van de 166 squadron met hun bommenwerper, een Lancaster III, met nr. ND 579 op 21 december 1944 om 22.30 uur de lucht in vanaf luchtmachtbasis Kirmington in Engeland om hun dodelijke bommenlading op Duisburg in Duitsland te laten vallen.Niet veel later zijn ze boven de Noordzee door een Duitse nachtjager met piloot Hauptman Martin Drewes aangevallen en voor de Nederlandse kust neergestort.
P/O J.W. Reilly heeft het overleefd en is krijgsgevangene gemaakt. F/O P. Pochaillo RCAF (Canadese luchtmacht?) is evaded...ofwel spoorloos verdwenen. F/S L.C. Clutterbuck en sergeant T.J. Meehan zijn in Hoek van Holland begraven. Sergeant D. Dickson ligt op de oude begraafplaats aan de G.J. van de Boogerdweg, sergeant W.B. Rankin ligt op begraafplaats Den Haag Westerduin en in Bergen op Zoom ligt sergeant A.F. Patmore begraven.
Op maandag 25 juli 2011 zijn er onder andere in Brielle onder zeer grote belangstelling op een vijftal plaatsen in Brielle 21 Stolpersteine gelegd door kunstenaar Gunter Demnig met behulp van diverse familie leden en belangstellenden.
Ondanks de schoolvakantie waren de scholieren Loes en Gijs Jansen, Maegan Nieswand en Astrid de Munck namens de scholen van Brielle aanwezig en reikten de steentjes aan voor de kinderen uit de gezinnen Ies Katan en Izak Gazan. Achter-achterkleinkinderen van de oude Jannetje Philipse die, 97 jaar oud, moest worden ingezet voor de arbeid in Duitsland, gaven steentjes voor deze familie.
Hier werden onder grote belangstelling vijf stenen gelegd voor het gezin Katan. Vader Ies, moeder Francisca en de kinderen Kitty, Loutje en Guus. Ze werden aangereikt door familie, vriend en schooljeugd.Een gedicht werd gelezen door mw. Biltstra, vriendin van Kitty.
Hier werden vier stenen gelegd voor de familie Philipse. Moeder Jannetje, haar dochter Pien, zoon Jaap en diens vrouw Rica.
Hier werden zeven stenen gelegd voor de voormalige woning van het gezin Ies Gazan. Vader, moeder en de 5 kinderen: Salomon, Miep, Hannie, Roosje en Liesje. Izaak was een jongere broer van Simon Gazan die op nr. 85 woonde. Hun vrouwen waren tweelingzusters.
Drie stenen werden gelegd voor Simon Gazan, zijn vrouw Elisa Gazan-Izaks en hun dochter Miep, die aan het begin van de Nobelstraat woonden.Simon was de oudere broer van Izaak,die op nr. 10 woonde.
Aan dezelfde kant van de straat woonden Michel Cohen en zijn zuster Esther. Dit huis is nu het restaurant ‘De Gulle Geus’.
Hier werd als laatste de stenen gelegd, aangereikt door 2 verre nichten van Michel en Esther. De tweeling Rosa en Maaike Moret.